Standaard Boekhandel gebruikt cookies en gelijkaardige technologieën om de website goed te laten werken en je een betere surfervaring te bezorgen.
Hieronder kan je kiezen welke cookies je wilt inschakelen:
Technische en functionele cookies
Deze cookies zijn essentieel om de website goed te laten functioneren, en laten je toe om bijvoorbeeld in te loggen. Je kan deze cookies niet uitschakelen.
Analytische cookies
Deze cookies verzamelen anonieme informatie over het gebruik van onze website. Op die manier kunnen we de website beter afstemmen op de behoeften van de gebruikers.
Marketingcookies
Deze cookies delen je gedrag op onze website met externe partijen, zodat je op externe platformen relevantere advertenties van Standaard Boekhandel te zien krijgt.
Je kan maximaal 250 producten tegelijk aan je winkelmandje toevoegen. Verwijdere enkele producten uit je winkelmandje, of splits je bestelling op in meerdere bestellingen.
Rilkes Michelangelo-Ubersetzungen wurden bisher kaum untersucht, weder in der Rilke- noch in der Michelangelo-Forschung. Bis heute uberstrahlen Michelangelos geniale bildkunstlerische Monumente seine "Rime", erst in jungster Zeit entwickelt sich allmahlich ein Bewusstsein fur den poetischen Eigenwert dichterischer Ubersetzungen. Die interdisziplinare Studie ist in zwei Hauptkapitel gegliedert. Die Verfasserin untersucht zunachst Rilkes asthetische Auseinandersetzung mit Michelangelos bildkunstlerischem Werk. Sie zeigt, wie daraus bei Rilke ein eigenes Michelangelo-Bild entsteht, im Kontext des durchaus ideologisch aufgeladenen Michelangelo-Diskurses der Jahrhundertwende. Danach wird erstmals systematisch Rilkes ubersetzerische Rezeption von Michelangelos Lyrik in den Blick genommen. Zunachst wird das zu Rilkes Lebzeiten disparate Korpus von 118 Ubersetzungen (entstanden zwischen 1912 und 1922) editionsgeschichtlich, formasthetisch und thematisch gegliedert. Danach wird der ubersetzerische "Dialog" auf der Grundlage eines adaptierten Intertextualitatsbegriffs anhand von sechs Ubersetzungsbeispielen analysiert und durch den Vergleich mit den Vorganger-Ubersetzern Herman Grimm und Sophie Hasenclever in seiner spezifischen Asthetik konturiert. Die Studie zeigt abschliessend Rilkes Abwendung vom Universalkunstler Michelangelo hin zum Sanger Orpheus als Prozess einer werkimmanenten Poetologie, in welchem sich sein Selbstverstandnis als reifer Dichter manifestiert.