De wet van 26 december 2013 inzake het eenheidsstatuut liet het aan de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad over om bij CAO te zorgen voor een gelijkschakeling tussen arbeiders en bedienden op het vlak van de bescherming tegen willekeurig ontslag. CAO nr. 109 voerde aldus op 1 april 2014 een eengemaakt begrip “kennelijk onredelijk ontslag” in, dat zowel van toepassing is op arbeiders als op bedienden. Artikel 63 van de Arbeidsovereenkomstenwet, dat voorheen de problematiek van het willekeurig ontslag van arbeiders regelde, werd opgeheven, althans voor de private sector. Naast het kennelijk onredelijk ontslag, bevat CAO nr. 109 ook een regeling inzake ontslagmotivering. Ondertussen is de eerste rechtspraak volop op gang gekomen. Hoe zit het met kennelijk onredelijk ontslag en rechtsmisbruik in het nieuwe stelsel? Wanneer en hoe moet het ontslag gemotiveerd worden? Heeft een vordering effectief kans op slagen? Hoe gaan de arbeidsrechtbanken om met de “marginale toetsing” en hoe groot zijn de toegekende vergoedingen? De auteurs maken in kort bestek een eerste balans op, waarbij zij de kern van de nieuwe hervorming bespreken aan de hand van meer dan tachtig ongepubliceerde uitspraken. Zij focussen hierbij op de essentiële punten voor zover die een weerslag vonden in deze recente rechtspraak. Door het onderzoek van een zeer ruim staal aan niet gepubliceerde vonnissen van diverse arbeidsrechtbanken in Vlaanderen, Brussel en Wallonië kan een meer representatief overzicht van rechtspraak over de CAO gegeven worden. Daaruit blijkt o.a. dat het aantal veroordelingen van werkgevers relatief beperkt blijft. Dit handige overzicht van rechtspraak is een nuttig instrument voor advocaten, magistraten, personeelsverantwoordelijken en al wie geconfronteerd wordt met de juridische aspecten van ontslag.
We publiceren alleen reviews die voldoen aan de voorwaarden voor reviews. Bekijk onze voorwaarden voor reviews.