Je merkt pas dat je iets mist als het er niet meer is. Of dat zeggen ze toch vaak. Maar bij de boze, bezorgde of blije 'brieven van Joël De Ceulaer aan de m/v/x van de week' wisten we al veel langer dat we ze zouden gaan missen.
Ze hadden hun eigen plek in De Morgen, pontificaal op pagina 2 van de papieren krant, elke zaterdag opnieuw. Het begin van het weekend voor talloze lezers.
Wie ooit - al was het maar even - op een krantenredactie heeft rondgelopen, weet dat je zo'n plek niet zomaar krijgt. Integendeel. Zo'n plek, zo'n hoekje, verdien je. Tot iedereen op een dag er zo aan gewend is dat het lijkt alsof er nooit iets anders heeft gestaan. Week in, week uit: een vertrouwd gezicht, een bekend proces. De actualiteit van de week volgen, kauwen, overleggen, en nog wat herkauwen om vervolgens op een zolderkamer, ergens in Gent, over te gaan tot #tiktiktik.
Altijd scherp, nooit bang.
Tot Joël op een dag genoeg had getikt. Of hij met de brief kon stoppen, zo vroeg hij mij plots. Een pauze dus, al dan niet definitief, dat wist hij nog niet zeker. Hij nam afscheid, na meer dan 150 brieven, en werd meteen nog méér gemist. Door ons, op de redactie, en door zijn lezers, die naar de krant schreven en bezorgd vroegen wat er voortaan op pagina 2 zou staan.
Voor hen is dit boek meer dan een collector's item of een licht satirische terugblik op het recente Vlaamse verleden. Het vult - toch tot zijn eventuele terugkeer - de plek op die leeg is komen te staan.
- Remy Amkreutz, hoofdredacteur van De Morgen
We publiceren alleen reviews die voldoen aan de voorwaarden voor reviews. Bekijk onze voorwaarden voor reviews.