Standaard Boekhandel gebruikt cookies en gelijkaardige technologieën om de website goed te laten werken en je een betere surfervaring te bezorgen.
Hieronder kan je kiezen welke cookies je wilt inschakelen:
Technische en functionele cookies
Deze cookies zijn essentieel om de website goed te laten functioneren, en laten je toe om bijvoorbeeld in te loggen. Je kan deze cookies niet uitschakelen.
Analytische cookies
Deze cookies verzamelen anonieme informatie over het gebruik van onze website. Op die manier kunnen we de website beter afstemmen op de behoeften van de gebruikers.
Marketingcookies
Deze cookies delen je gedrag op onze website met externe partijen, zodat je op externe platformen relevantere advertenties van Standaard Boekhandel te zien krijgt.
Je kan maximaal 250 producten tegelijk aan je winkelmandje toevoegen. Verwijdere enkele producten uit je winkelmandje, of splits je bestelling op in meerdere bestellingen.
In deze publicatie gaat Martijn Nolen in op de positie van de bestuurder in het onderwijs. Hij bespreekt de voor bestuurders relevante onderwijsrechtelijke kernbegrippen, het publiekrechtelijk toezicht, het privaatrecht als toetsingskader, het thema samenwerking in het onderwijs en de benoeming, de beloning en het ontslag van individuele bestuurders. Op basis hiervan analyseert hij de juridische positie van de bestuurder en de verplichtingen van onderwijsorganisaties. Het onderzoek laat zien hoe de afgelopen dertig jaar de verantwoordingsrisico's van onderwijsorganisaties zijn toegenomen en de positie van bestuurders in alle onderwijssectoren kwetsbaarder is geworden. Dit proces is deels versterkt door de introductie van steeds nieuwe zorgplichten en de toenemende intensiteit van het externe toezicht.
Martijn Nolen concludeert dat het juridisch normenkader in alle onderwijssectoren niet langer inzichtelijk is voor onderwijsorganisaties, hun bestuurders en derden. Honderd jaar na de totstandkoming van artikel 23 Grondwet is hierdoor de autonomie van openbare en bijzondere onderwijsorganisaties en hun bestuurders sterk begrensd. De auteur geeft aan dat het legitiem is dat bestuurders een beroep doen op de rechtspersonenrechtelijke bestuursautonomie en dat ze namens hun onderwijsorganisaties wijzen op de waarde van onderwijsrechtelijke autonomie.